Angst is een nuttige emotie. Het waarschuwt je voor gevaar en helpt je om erop te reageren. Je lichaam komt in een staat van paraatheid. Je hart gaat sneller kloppen, je bloeddruk gaat omhoog, of juist omlaag, je spieren spannen zich aan, je transpireert en je ademhaling versnelt. Als het nodig is kun je snel reageren met vechten, vluchten of bevriezen en daar is niets mis mee. Wanneer je echter met angst reageert op situaties waarin er geen daadwerkelijk gevaar dreigt, wordt angst een probleem. Je spreekt dan van angstklachten of een angststoornis.
Deze angstklachten kunnen verschillende vormen aannemen, zoals:
- agorafobie of straatvrees
- gegeneraliseerde angst: dit kenmerkt zich door angst, onrust en constant piekeren over wat er allemaal mis kan gaan.
- paniekaanvallen
- separatieangst of angst om verlaten te worden
- specifieke fobieën: dit zijn angsten voor bijvoorbeeld dieren, voorwerpen of situaties. Denk aan spinnenangst, angst voor honden, angst voor naalden of bloed, angst voor de tandarts, etc.
- sociale angst: dit is angst in sociale situaties, angst voor mensen, om veroordeeld of afgewezen te worden. Angst voor spreken in het openbaar, examenvrees, angst om te stotteren, bloosangst en trilangst vallen hier ook onder.
Wat je vaak ziet is dat mensen de situaties waar ze bang voor zijn gaan vermijden. Mensen zijn bang voor de angst en zijn van tevoren al bang dat ze zich angstig zullen voelen. Angstklachten zijn met EFT erg goed te behandelen. Het maakt daarbij niet altijd uit of je weet hoe de angst is ontstaan of dat de oorzaak onduidelijk is.
